Al 40 jaar staat Jos op de weekmarkt in Etten-Leur: ‘De markt is alles voor me’

Bossen bloemen, flessen wijn en cadeautjes. Er was woensdagochtend een feestje in Etten-Leur. Jos van der Wijst staat daar namelijk al veertig jaar op de weekmarkt. Al die jaren komt hij helemaal vanuit Sint-Oedenrode naar Etten-Leur toe. Dat hij het al zo lang volhoudt laten zijn klanten niet zomaar ongemerkt.
“Ik heb echt heel veel felicitaties, cadeautjes en lieve woorden gehad. Daar krijg ik tranen in mijn ogen van”, begint Jos. Toen hij 20 jaar oud was stond hij voor het eerst op de markt. “Ik heb nog meegemaakt dat waar we nu stonden, de snelweg A58 lag. Dat kun je je nu niet meer voorstellen.”
Ik kom hier iedere week met plezier naartoe.
Waarom Jos iedere week zo’n eind rijdt om op de markt van Etten-Leur te staan? Toen hij begon met zijn kraam kon hij nergens in zijn eigen regio terecht. “Ik ben daardoor in Etten-Leur verzeild geraakt en kom hier dus nog steeds iedere week met plezier naartoe.”
Dat is een wekelijkse rit van 160 kilometer. “Als het lekker weer is wil ik wel eens mijn racefiets meenemen. Dan rijdt mijn zoon met de kraam terug en ik kan dan nog even lekker sporten.” Al tien jaar werkt zijn zoon bij hem en ook Jenny is een vast gezicht voor de klanten in Etten-Leur. “Zonder hun kan ik dit niet.”
Voor weinig geld proberen wij de mensen blij te maken.
De kraam van Jos is te schalen onder het oude ambacht. “Je ziet niet veel bedrijven meer zoals wij”, meent Jos. Waar het begon met het verkopen van knopen, garen en ritsen, is hij nu voornamelijk gespecialiseerd in het ter plekke repareren van ritsen. “Voor weinig geld proberen wij de mensen blij te maken.”
Generatie op generatie
Het contact met de mensen is voor Jos het mooiste wat er is. “Ik ken veel gezichten, maar niet iedereen bij naam. Sommige mensen kwamen hier eerst om een kledingstuk te laten maken voor hun kinderen. Nu komen ze voor hun kleinkinderen. Dat vind ik mooi om te zien.”

Aan stoppen denkt Jos nog lang niet. Zo lang zijn gezondheid het toelaat komt hij graag nog iedere week naar Etten-Leur gereden. “Al win ik morgen de loterij, de markt is alles voor me en dat zal ik dan nog altijd blijven doen”, besluit hij.