Bomenkap moet zorgen voor meer diversiteit in bos: ‘Toekomst verbeteren’
Met meer structuur, soorten en leeftijden moet het bos in Bergen op Zoom diverser worden. Sinds 2018 is de gemeente al bezig met de verdunning van een aantal Bergse bossen. De gekapte bomen blijven in de natuur liggen om het bodemleven te voeden, maar er wordt ook een deel van het hout verkocht. Vanuit de inwoners van de gemeente komen veel klachten binnen, zij vragen zich af waarom de bomenkap nodig is.
De bossen van bosgebied Molenzicht worden dunner gemaakt om het bosonderhoud bij te houden, gevaarlijke bomen weg te halen en de toekomst van de bossen te verbeteren. Deze bossen zijn lang geleden aangeplant en bestaan daarom voornamelijk uit dezelfde soorten bomen van dezelfde leeftijd. Volgens Gijs van de Sande, bosadviseur binnen de gemeente Bergen op Zoom, zijn zulke bossen niet handig.
“Zulke bossen zijn veel vatbaarder voor ziektes en aantastingen. Daarom proberen we er meer diversiteit in te krijgen. Denk hierbij aan meer soorten bomen en struiken, maar ook aan meer plaats voor de dieren.” Om meer rust te creëren voor de dieren, worden er bijvoorbeeld bospaden uit gebruik genomen. “Er zijn veel bosvlakken waar paden doorheen lopen. Veel van die bospaden zijn eigenlijk niet nodig, er zijn genoeg andere paden. Voor bijvoorbeeld grondbroeders is die extra rust erg fijn.”
Proces
Er zijn veel bomen te vinden met een blauwe stip in de betreffende bossen. Deze worden ’toekomstbomen’ genoemd. Ook zijn er verspreid door het bos witte stokken te vinden, waar nieuwe toekomstbomen in groeien. “Zo ontstaat er een andere biodiversiteit en houden we het bos vitaal”, vertelt bomenverzorger Johan Muller.
Om de toekomstboom voldoende ruimte te geven, worden oude bomen die in zijn omgeving staan en zelf geen toekomst meer hebben, weggehaald of geringd. Als een boom geringd wordt dan wordt deze rondom ingezaagd. Hierdoor gaat de boom uiteindelijk dood en valt die om. Wanneer de boom is omgevallen, blijft deze in de natuur liggen. Hij wordt verteerd en voedt op deze manier het bodemleven. “Hier kan wel een tijd van twintig jaar overheen gaan.”
Ook wordt er een deel van de gekapte bomen verkocht aan de houthandel. “Op termijn moeten we blijvend hout uit de bossen kunnen oogsten. Dit is namelijk een van de duurzaamste grondstoffen die er bestaan”, vervolgt Van de Sande.
Nieuwe bomen
Hoeveel bomen er worden gekapt, ligt er volgens Muller aan om wat voor stuk bos het gaat. “In sommige delen doen wij niks, daar staan al weinig bomen. Uit bijvoorbeeld jonge bossen kappen we meer, zo kunnen de mooiere bomen groter groeien.”
Bij het planten van nieuwe bomen wordt eerst gekeken naar wat er al staat, vertelt Van de Sande. “Als we zien dat een boom goed is voor de menging en bodemverzorging en daardoor een kans verdiend om door te groeien, dan geven we die meer ruimte. Ook kunnen we plek vrij maken om extra boomsoorten bij te planten die we nu nog niet hebben in het bos. Zo proberen we zoveel mogelijk verschillende soorten in het bos te krijgen. Het is niet zo dat we bijplanten omdat we een boom gekapt hebben. We planten bij omdat we het bos diverser willen maken.”
De herstel- en subsidieprojecten lopen nog een paar jaar. “Maar deze manier van beheren willen we de komende tijd door blijven zetten. We willen er een aanzet aan geven, zodat het hopelijk nooit stopt.”