Cultuurhuis Bovendonk biedt al onderdak aan dertig culturele verenigingen

Eén jaar na de opening floreert Cultuurhuis Bovendonk als het culturele hart van de Roosendaalse wijk Langdonk. De oude huishoudschool van weleer werd opgeknapt en biedt inmiddels plaats aan dertig culturele verenigingen. Van een naaiatelier tot balletgroepen, voor elke denkbare hobby is er in het cultuurhuis wel een aparte ruimte ingericht.

Door: Maarten Elst

Van ritmisch ballet tot een naaiatelier en van een mannenkoor tot aan een modeltreinclub. Op de eerste verdieping van Cultuurhuis Bovendonk in de Roosendaalse wijk Langdonk is het een wirwar aan culturele diversiteit. ,,We hebben geprobeerd bepaalde groepen wel zoveel mogelijk bij elkaar te brengen”, vertelt voorzitter Geert van der Horst van stichting Cultuurhuis Bovendonk. ,,Zo hebben we een toneelvleugel, een muziekgebied, een deel met koren, ritmische dansen. Een heel divers aanbod.”

Vestzaktheater

In de gymzaal van de oude huishoudschool staan elf rijen theaterstoelen achter elkaar opgesteld. ,,Het plan is om hier een vestzaktheater te beginnen waarin alle amateurverenigingen hun voorstellingen kunnen opvoeren voor publiek”, vervolgt Van der Horst. ,,We willen absoluut niet concurreren met De Kring, integendeel zelfs, we hebben een samenwerking met De Kring. We zien onszelf als het ware als een derde theaterzaal waar we amateurverenigingen plek bieden waarvoor geen plaats is in De Kring. Wie weet ontstaan er wel in de toekomst unieke samenwerkingen tussen verenigingen die we hier in het gebouw hadden wat we van tevoren nog niet hadden verwacht.”

Koffieautomaat

Het doel van voorzitter Van der Horst is een verbinding zoeken tussen verenigingen die hetzelfde dak delen. ,,Waar verenigingen in andere gebouwen in Roosendaal soms met de ruggen naar elkaar toe zaten, zoeken we hier naar de verbinding”, verelt hij. ,,Een van de belangrijkste ruimtes is de centrale hal. Hier komen alle verenigingen samen. Ons idee is om de koffie gratis te maken en geen koffieautomaten toe te laten in hun eigen ruimtes. Zo komen verenigingen met elkaar in gesprek en ontstaan er bijzondere samenwerkingen.”