Dankzij de gemeente heeft de Roosendaalse jeugd iets te doen deze zomer

Koken met een chefkok, rennen op een stormbaan, meedoen met een speurtocht, rappen met de Roosendaalse YSF of met een spuitbus in de hand graffiti art maken. De gemeente Roosendaal en diverse sport- en cultuurorganisaties zorgen er met het initiatief Iets te doen voor dat de jeugd zich deze zomer niet hoeft te vervelen. De eerste activiteit werd, met een mooie worp in het basketbalnet, geopend door wethouder René van Ginderen.

Veel kinderen hebben door de lockdown weinig beweging gehad en zagen vrijwel geen leeftijdsgenoten. “We vinden het belangrijk dat ze elkaar blijven ontmoeten en lekker actief bezig zijn”, aldus Meike van Wezel van Stichting Sportservice Noord-Brabant. “Dat moet wel op een manier die hen aanspreekt.”

Behoefte

De achtjarige Gina is het daarmee eens. Ze wil met kinderen spelen, lekker beweging krijgen en niet heel de tijd binnen zitten. Daarom is ze naar de Summertour gekomen, op het grasveld bij Broedplaats Langdonk. Samen met andere kinderen is ze aan het voetballen, basketballen en kickboksen.

Door corona was er meer behoefte aan dit soort activiteiten, merkt Van Wezel. “Normaal gesproken organiseren we dit soort activiteiten niet. Veel jongeren zijn dan op vakantie, of doen hun eigen ding. Jongeren hebben het de laatste maanden ook wat lastiger gehad. Ik denk zeker dat er weer behoefte is om elkaar te ontmoeten.”

Effectieve eenzaamheidspreventie

Wethouder Van Ginderen zag ook hoe vervelend het voor hen was om geen nieuwe contacten te kunnen leggen. Het initiatief vanuit de gemeente is daardoor een effectieve vorm van eenzaamheidspreventie. “Samen is het ook veel leuker om dingen te doen. Je ziet iedereen door elkaar en het spelelement enthousiasmeert. Dat vinden we toch allemaal leuk?”

De hele zomer is er een breed programma opgesteld in diverse wijken, waar iedereen van vier tot vijfentwintig jaar aan kan deelnemen. Zo kunnen jongeren naar een speciaal voor hen georganiseerde activiteit in zwembad de Stok, terwijl de kleintjes zich uitleven in het springkussenpark. “Dat vind ik mooi, die diversiteit.”