Erfgoed van graficus Harrie Schalken verhuisd naar Etten-Leur
Na ruim veertig jaar stopte Harrie Schalken afgelopen jaar met het Grafisch museum In den Groenen Zonck in Wouw. Een deel van zijn collectie is nu te zien in het Nederlands Drukkerij Museum in Etten-Leur. “Ik ben gelukkig dat die spullen een betrouwbaar, veilig onderkomen krijgen.”
De 77-jarige graficus, drukker en dichter woont al vijftig jaar in de Roosendaalsestraat in Wouw. In de twee voormalige koetshuizen die bij zijn woning horen, huist sinds 1975 Grafisch museum In den Groenen Zonck in Wouw. Het museum is ontstaan uit interesse voor de boekdrukkunst en werd met de jaren groter er groter. “Het was eigenlijk een plek waar we alles met de hand deden met handbediende drukpersen. Ook lieten we zien hoe het vak van het handmatig lettergieten ontstond, dat rond 1440 door Gutenberg in Mainz is uitgevonden”, zegt Schalken.
Blaadje voor blaadje
Duizenden bezoekers uit binnen- en buitenland en schoolklassen uit de regio bezochten het particuliere museum. “Als je dan van losse loden letters een zetsel had gemaakt, dan legde je dat onder een pers die je met alle kracht moest aantrekken. Als je het dan weer losliet, dan rolde je het zetsel er weer onderuit. Dat maakte de meeste indruk op de bezoekers”, zegt hij. “En dan te bedenken dat duizenden en duizenden boeken zo met de hand gedrukt zijn. Blaadje voor blaadje!”
Energienota
Hoewel Schalken vol passie was en is over de drukkunst, was een sluiting onafwendbaar. De ene reden is de hoge leeftijd van de eigenaar. De andere redenen waren de coronacrisis en de energiecrisis. “Het was een particulier museum. Ik kon nergens steun of subsidie krijgen omdat het geen stichting was. De gebouwen hier zijn stokoud en alles is enkel glas. De energienota werd dermate hevig dat we dit niet meer trokken”, legt hij uit.
Veilig onderkomen
Zijn spullen op Marktplaats zetten was geen optie. Hij ging dus op zoek naar een goed onderkomen voor zijn collectie. Dat vond hij bij drie musea, waaronder het Nederlands Drukkerij Museum in Etten-Leur. “Ik heb er een schenking van gemaakt. Ik was al heel gelukkig dat die spullen een betrouwbare veilig onderkomen kregen.”
Ik was zo’n beetje de materiele kant van m’n hele eigen leven aan het slopen
Het deed best wel even pijn toen de vrijwilligers van het Drukkerijmuseum de grote zware spullen kwamen ophalen. “Er zaten machines bij van duizend tot vijftienhonderd kilo. Op het moment dat de spullen met vereende kracht hier de deur uitgingen, was het toch echt even slikken. Ik was zo’n beetje de materiele kant van m’n hele eigen leven aan het slopen. Daar heb ik het niet zo makkelijk mee gehad.”
De sluiting van het museum wil niet zeggen dat het nu stil en stoffig wordt in het gebouw met vele trappen, deuren en doorgangen. “Er zijn een paar kleine dingen blijven staan, zodat ik rond de kerst kinderen nog nieuwjaarswensen kan laten drukken. Verder worden de ruimtes gebruikt voor de literaire club en kunstmanifestaties.”