Ex-brandweerman Lauran blikt terug op brand Sint Gertrudiskerk: ‘Je hoopt dat zoiets nooit meer gebeurt’
Het is 10 april 1972. Lauran van Dongen is aan het werk in de Fortuinstraat in Bergen op Zoom als hij ineens rookwolken in de lucht ziet. Van alle kanten klinken sirenes. Het is paniek in het centrum. De Sint Gertrudiskerk staat in lichterlaaie.
Lauran snelt zich naar de brandweerkazerne, waar hij vrijwillig lid is. De eerste wagen is net vertrokken. Hij springt in de ladderwagen en vertrekt naar de kerk. Er heerst paniek en chaos, want er staan dertig gasflessen in het gebouw. ‘’Onze eerste taak was om al die dertig gasflessen uit de kerk te slepen.’’
Verloren zaak
Het middenschip staat al volledig in brand. Lauran klimt op de 23 meter hoge ladderwagen en begint te blussen. Een verloren zaak, komt hij al snel achter. Diezelfde dag is er een zuidwesterstorm, wat ervoor zorgt dat de brand alleen maar sneller om zich heenslaat. ‘’Het was zo warm, dat je een ei op mijn helm kon bakken.’’
Lees ook: Brand in Bergse Gertrudiskerk had op Robert (55) ‘zelfde impact als Notre-Dame’Tijd voor een nieuw plan. Hij maakt het waterkanon vast aan zijn ladder, gericht op een stuk dat net gerenoveerd is. Daarna klimt hij terug naar beneden. ‘’Later is besloten om de woningen aan de Zuivelstraat en de Grote Markt te redden.’’
Trots van Bergen
Ondertussen had de hele stad zich verzameld op de Grote Markt. Mensen stonden te huilen. ‘’De Peperbus en de kerk zijn de trots van Bergen op Zoom, zoiets hadden ze nog nooit meegemaakt.’’ Collega’s van Lauran zijn in de Peperbus geklommen. Een gevaarlijke klus, want als de brand de ruimtes onder hun bereikt, kunnen ze niet meer wegkomen. De brand is inmiddels tot de galmgaten gekomen. Gelukkig loopt het goed af.
Je hoopt dat zoiets nooit meer gebeurt
Lauran denkt nog vaak terug aan die dag. ‘’Het staat echt in mijn geheugen gegrift.’’ Na drie uur blussen is het grootste gevaar geweken. Wel stort later op de dag de gevel aan de noordzijde in elkaar. Er is tot de dag erna geblust. Brandweerlieden vanuit de hele regio hebben meegewerkt. ‘’Het was echt alle hens aan dek. Je hoopt dat zoiets nooit meer gebeurt.’’