Het Bergse focusakkoord: Samen verder maar wel heel sober
Gemeenteraadsfracties van Bergen op Zoom hebben dinsdagmiddag het focusakkoord, de nieuwe plannen voor de gemeente, gepresenteerd en overhandigd aan de burgemeester. Uiteindelijk ondertekenden tien van de twaalf fracties het akkoord dat het begin is van de bestuurlijke reset. Bergen op Zoom moet zich voorbereiden op een periode die flinke sporen zal achterlaten in bijna alle aspecten van de samenleving.
Eigenlijk mag niet meer over het Nedalco-debacle gesproken worden. Het moment dat door velen wordt gezien als het grote scharniermoment, waarop het in de Jubelstad aan de Schelde financieel mis ging. De gemeente ziet het als oud nieuws waar niets meer aan te doen is. Toch konden meerdere fractievoorzitters het niet laten juist daaraan te refereren.
Maar toch was de boodschap van dinsdagmiddag er vooral één van ‘samen verder’. De woorden ‘vertrouwen’, ‘uitdaging’ en ‘compliment’ vielen vaak, toen tien fractievoorzitters om beurten vertelden hoe tevreden ze zijn over het bereikte akkoord. En het vervolgens ondertekenden.
De enige licht kritische noot kwam van GBWP’er Aydin Akkaya, die aangaf het nieuwe college nauwlettend in de gaten te gaan houden. De BSD en Lijst Linssen schitterden door afwezigheid omdat zij het akkoord niet wilden ondertekenen. Met name de laatstgenoemde partij is half in het proces afgehaakt en maakt zich op voor de oppositierol.
Drie uitgangspunten
Procesbegeleider Arjan van der Weegen vatte de opdracht die het nieuwe college krijgt in drie hoofdpunten samen. Er moet een andere bestuurscultuur komen, die oprecht gericht is op samenwerking, intern en extern. Daarbij moeten kennis en kwaliteit centraal staan. Ten tweede moet bewaakt worden dat de raad, het college en de ambtelijke organisatie meer op één lijn komen. En tenslotte zal er fors bezuinigd worden op bijna alle gemeentelijke uitgaven. En ook daarin moeten raadsleden actief worden betrokken. Juist die bezuinigingen gaan bijna alle Bergenaren vroeg of laat voelen, direct of indirect.
Terug naar wat wettelijk moet en meer niet
De gemeente Bergen op Zoom doet meer taken dan ze wettelijk hoeft te doen. Van zorg tot sport en onderwijs, van cultuur tot cofinanciering van evenementen en verenigingsleven; in bijna alles moet flink het mes. Dat staat vrij expliciet in het akkoord. En áls er iets overblijft om wat extra’s te doen, zelfs op zorggebied, wordt uitermate kritisch beoordeeld wat men nog uitgeven wil. Wachtlijsten voor zorg-gerelateerde extra’s zijn dus zeker niet uitgesloten.
Organisaties van evenementen moeten voortaan hun eigen broek ophouden. Bouwclubs kunnen een nieuw onderkomen voorlopig wel vergeten. Zaken als citymarketing en het Binnenstadslab moeten het veld ruimen. De lijst van organisaties en activiteiten waarop flink gekort wordt, is lang. “We zitten nu eenmaal in zwaar weer”, stelt de raad. Eén van de weinige aspecten waarop niet echt wordt bezuinigd, is duurzaamheid. Volgens Van der Weegen is dat, omdat het al geen grote post was op de begroting.
De gemeente snijdt ook in eigen vlees. Het personeelsbestand moet met tien procent worden verkleind. Er moet efficiënter en met flink wat minder middelen gewerkt worden. En er wordt gezocht naar meer inkomsten. De plannen variëren van nog meer grond verkopen tot het verhogen van toeristenbelasting en het invoeren van meer betaald parkeren. Mogelijk kost het je straks twee euro om de auto weg te zetten aan de Boulevard, bij Fort de Roovere of Stayokay. Want het kost ook geld om die plekken te onderhouden, is de redenering.
Verdeling portefeuilles
Ter afsluiting van de bijeenkomst werden de rollen van de nieuwe wethouders gepresenteerd. Petra Koenders gaat zich ontfermen over jeugd, onderwijs, financiën en duurzaamheid. Mignon van der Zwan krijgt de Uitvoeringsorganisatie Sociaal Domein onder haar hoede, WMO, volksgezondheid en (interne) organisatie. De laatste nieuwkomer is Jeroen de Lange. Voor hem zijn economie, sociale zaken en handhaving. Oudgedienden Barry Jacobs en Patrick van der Velden nemen samen fysiek domein voor hun rekening en krijgen respectievelijk cultuur en sport. Er is dus een opvallend verschil in het aantal en de zwaarte van de verdeelde portefeuilles tussen de nieuwe en oude garde.