Biljartkampioen Ludo Kools opent biljartwinkel: ‘Kijken hoelang het sprookje duurt’

Nederlands kampioen driebanden Ludo Kools heeft sinds kort zijn eigen biljartwinkel in Hoogerheide geopend. De winkel is nog maar kort open en loopt al goed. Naast het verkopen van biljartkeuen en andere spullen voert hij ook reparaties uit voor klanten.

Na het onverwachts winnen van het Nederlands kampioenschap driebanden kreeg Ludo Kools naast felicitaties ook een aantal vragen of een biljartwinkel iets voor hem was. “Toen ben ik er eens over na gaan denken en ik ben het toch maar gaan doen”, vertelt Kools. Hij heeft zijn winkel in de voormalige garage naast zijn huis gevestigd. “Mijn auto kan niet meer naar binnen dus die moet nu buiten staan”, zegt Kools. De winkel is nog maar een paar keer open geweest, maar er zijn al heel wat mensen langs geweest. “Het valt niet tegen”, zegt Kools.

Reparaties

Kools wilde niet zomaar met een winkel beginnen, maar het moest een toevoeging zijn voor de mensen. “Ik wilde het alleen doen als ik ook zelf reparaties kan uitvoeren”, vertelt Kools. Achter zijn winkel zit een ruimte waar Kools de machine en ander gereedschap heeft staan om de kapotte keuen van klanten te kunnen repareren. “Je moet wel een toevoeging hebben op het internet”, zegt Kools. Voor advies en reparaties is het via het internet vaak lastiger dan dat je de winkel inloopt.

Uniek

Voordat Kools zijn winkel begon, gingen veel mensen uit de streek naar België als ze iets nodig hadden voor het biljarten. Dat hoeft nu niet meer en dat maakt de winkel van Kools uniek voor de regio. “Mensen hoeven nu niet meer zo ver te rijden, want het is lekker dicht bij huis”, zegt Kools.

Hobby

De winkel is nu op woensdag en zaterdag open en voor de andere dagen op afspraak. Kools gaat er ook niet vanuit dat hij na een tijdje full time in de winkel staat. “Een biljartkeu heb je niet iedere dag nodig, het is geen bakkerij”, zegt Kools. Hij heeft de winkel vooral als hobby en omdat hij van de sport houdt en het leuk vindt om anderen te helpen. “We gaan kijken hoelang het sprookje duurt”, zegt Kools.