Vochtige huurwoningen echt aanpakken is elders al steeds vaker de norm
Foto inzet links: Kees de Brouwer, inzet rechts: Google Street View, achtergrond (uitsnede): PXhere
Er is in de gemeente Bergen op Zoom steeds meer te doen omtrent de matige tot slechte woonomstandigheden waar huurders soms mee geconfronteerd worden, zeker als er sprake is van vochtproblemen en de schimmels die ermee gepaard kunnen gaan. Hoe normaal is het eigenlijk dat een verhuurder diens klanten daarin laat wonen? Dat het ook heel anders kan laat bijvoorbeeld de gemeente Den Haag zien.
Een kind dat opgroeit in een huis met veel schimmel, heeft meer kans op bijvoorbeeld astma. Ook voor volwassen met longaandoeningen is zo’n omgeving problematisch en ongezond. Naast de slechte staat en ventilatie van een woning spelen omgevingsfactoren soms een grote rol. Denk aan omstandigheden als veel vocht in de grond en weinig of juist te veel (verwilderd) groen in een omgeving. Dat zijn factoren waar je individueel vaak weinig invloed op hebt.
Huurders kunnen zelf vaak niet meer doen dan zich aan ventilatievoorschriften houden en daar gaat natuurlijk weleens wat mis, al wordt het door verhuurders wel érg snel als oorzaak van alle problemen genoemd. Bovendien is te veel en te vaak de boel opengooien zeker niet in alle omstandigheden slim. Wie koude lucht binnenlaat krijgt mogelijk ook te maken condensvorming, dus risico op schimmels.
Weinig woongenot, veel frustraties
De ombudsman van Streekomroep ZuidWest heeft een aantal dossiers open staan waarbij mensen huren bij wooncorporatie Stadlander, terwijl in hun huizen al jaren serieuze vocht- en schimmelproblemen spelen. Moderne woningen, jaren ’80 bouw, panden die veel ouder zijn; het komt overal voor. De oorsprong van het vocht is per locatie verschillend, de frustraties van de huurders komen overeen. Men voelt zich niet serieus genomen, soms raken eigendommen of zelf betaalde zaken als vloeren beschadigd en het woongenot is hier en daar ver te zoeken.
Zorgen zijn er ook, met name over de eigen gezondheid of die van kinderen. Klachten worden niet of matig opgevolgd, laat staan opgelost. Als de oorzaak lastig te bestrijden is, is er vaak sprake van een jarenlang traject waarin zelfs externe partijen als een Huurcommissie, juristen en rechters geen einde kunnen maken aan de problemen.
De cijfers stemmen niet vrolijk
Landelijk heeft de overheid steeds meer aandacht voor de problematiek en de GGD heeft de gezondheidsrisico’s van schimmels in woningen online op een rij gezet. De meest voorkomende klachten zijn keelpijn, niezen en hoesten, een verstopte neus, piepende ademhaling en benauwdheid. Mensen met allergieën kunnen heftigere klachten krijgen. Geregeld blijkt dat er bouwtechnische problemen zijn, die je zeker als huurder niet zomaar oplost. Daarvoor moet je bij de verhuurder zijn. Die moet dan wel willen meewerken natuurlijk.
Uit een in 2020 gehouden onderzoek van AVROTROS programma Radar kwamen weinig vrolijk makende cijfers. Zo goed als de helft van 8000 ondervraagde huurders had klachten over hun woning die niet worden opgelost. Eén op de vier problemen betrof last van vocht op schimmel en van deze mensen gaf bijna de helft aan dat de eigen gezondheid hieronder leed, of die van gezinsleden. Veelal moet men eigen geld inzetten om schade te repareren. Dit wordt slechts in uitzonderlijke gevallen alsnog vergoed.
Zo kan het ook!
Dat het ook anders kan, bewijzen onder meer grote gemeentes als Den Haag en Groningen. Daar erkent men de gezondheidsrisico’s en nemen stadsbesturen en corporaties hun verantwoordelijkheid. Groningen heeft het plan ‘Building the future of health’ opgesteld, waarin bewoners nauw worden betrokken bij stadsvernieuwing. Voor nu zoomen we in op Den Haag. Daar zijn niet alleen de voorgeschreven prestatieafspraken gemaakt met verhuurders, er is bovendien een onafhankelijke adviserende partij op het gebied van vocht en schimmel ingeschakeld. Het is een initiatief waar de corporaties en gemeente samen in optrekken.
Externe expertise als norm
Naast de nodige voorlichting is voor huurders die er met hun corporatie niet uit komen een speciale website in het leven geroepen. Daar kunnen zij zich aanmelden voor een objectieve beoordeling van hun problemen. De meldingen komen terecht bij het hiervoor ingehuurde onafhankelijke adviesbureau Cauberg Huygen. Eelco Smeele is hier senior adviseur, hij merkt dat ook de corporaties blij zijn met de input die ze krijgen en de raadgevingen meestal geheel opvolgen. “We geven adviezen op korte en lange termijn.” Dat draagt dus meteen bij aan het behoud van het vastgoed. Er volgen in sommige situaties zelfs checks waarbij medewerkers van Cauberg Huygen nagaan of hun input werkelijk is nageleefd. Volgens Smeele overwegen de gemeenten Delft en Zoetermeer inmiddels eenzelfde aanpak, nu in Den Haag het succes ervan is gebleken.
Het zijn niet alleen de woorden dan de senior adviseur, die je van een commercieel belang zou kunnen verdenken, dat deze werkwijze geslaagd is. Bij de Haagse wooncorporatie Staedion zijn ze te spreken over de resultaten, laat communicatiemedewerkster Bianca van den Boogaardt desgevraagd weten. Het past bij een maatschappelijke en eigentijdse kijk op woonruimte aanbieden, zowel in de sociale als vrije verhuur. Wellicht is het een idee voor Bergen op Zoom om dit goede voorbeeld te volgen? Ter verhoging van het woongenot in de gemeente en ter bescherming van de volksgezondheid.